De Aaron-conditie beantwoordt de vraag wat het beste is: omslag of kapitaaldekking? De conditie stelt dat sparen aantrekkelijker is dan omslag zolang de reële rentevoet hoger is dan de stijging van de reële lonen. Op dat moment kost het opbouwen van pensioen namelijk minder, dan het nu uitkeren van een pensioen via omslagfinanciering. Maar als de reële rente lager is dan de stijging van de reële lonen, dan is volgens dezelfde logica een omslagstelsel juist voordeliger.
Nieuwe vragen waarbij oude theorieën misschien kunnen helpen.
Op grond van de Aaron-conditie en de huidige lage rentes kun je concluderen dat we nu maar beter kunnen stoppen met kapitaalgedekt pensioen.
Toch is het niet zo zwartwit. Dat komt omdat omslag en kapitaaldekking verschillende gevoeligheden kennen. Omslag beschermt beter tegen schokken op financiële markten en onverwachte inflatie. Kapitaaldekking beschermt beter tegen veranderingen in de demografie. De combinatie van beide maakt ons pensioenstelsel juist robuust. Bovendien beleggen pensioenfondsen en zijn de rendementen hoger dan de risicovrije rentevoet.
Wel lijkt het, gegeven de lage renteomgeving, op dit moment beter om iets meer van kapitaaldekking naar omslag te schuiven. Het nieuwe Pensioenakkoord komt hier deels in tegemoet met de vervroeging van de AOW-leeftijd. Maar kijk je naar het aanvullend pensioen, dan worden omslagelementen zoals de doorsneesystematiek, waarin jong deels betaalt voor oud, juist afgeschaft. Daardoor gaan we bij aanvullend pensioen juist van deels omslag naar meer kapitaalgedekt. Is dat nu wel handig?
De combinatie van het Pensioenakkoord en de zeer lage rentes deze zomer, roept dus nieuwe vragen op. Nieuwe vragen waarbij oude theorieën misschien kunnen helpen.
Deze blog is op persoonlijke titel geschreven.