Zowel bij pensioenfondsen als verzekeraars domineert consolidatie het
landschap. Zo telde Nederland in 1998 ruim duizend pensioenfondsen.
Vandaag de dag zijn dat er nog 240. Bovendien zijn er 35 fondsen die
binnen afzienbare tijd opgeheven worden en dat bij De Nederlandsche
Bank (DNB) hebben gemeld. “We waren wel enigszins verbaasd over de
nog steeds gestage afname, toen we de cijfers over 2018 zagen”,
bekent Van Vollenhoven.
Op de vraag waarom pensioenfondsen tot liquidatie besluiten, volgt
een reeks van redenen. Stijgende uitvoeringskosten, zwaardere
wettelijke eisen, moeite om geschikte bestuurders te vinden, de
financiële positie of demografie van het fonds, en ten slotte de
werkgever die de pensioenregeling kan veranderen, die kan fuseren of
failliet kan gaan.
Wat verzekeraars betreft, zijn het er nog zo’n tachtig die zelfstandig
opereren, waarbij grotere maatschappijen vaak meerdere vergunningen
hebben. En dit is exclusief maatschappijen die niet onder toezicht
staan en kleine partijen die wél moeten rapporteren, maar waarop het
toezicht marginaal is. Bij verzekeraars zijn het voornamelijk per sector
verschillende bedrijfseconomische redenen die voor een verdere
consolidatie zorgen, legt Sleijpen uit.
“Bij levensverzekeraars is de productie op het nieuwe levenboek, na
alle gedoe om beleggingsverzekeringen, fors afgenomen. Dat boek
wordt steeds kleiner, terwijl de marginale kosten toenemen. Er ontstaat
dan een toenemende noodzaak om te besparen. Een van de mogelijkheden
daartoe is om dit soort levenboeken samen te voegen. In de
schademarkt is de concurrentie groot en zijn de marges laag, soms
beneden kostprijs. Daar zie je dat de bedrijfseconomische druk om
kosten te besparen en samen te voegen erg hoog is.”
Lees het interview verder Download.
Download
- De opinie van Olaf Sleijpen en Gisella van Vollenhoven .pdf • 0,56 MB