De opinie van Gerard Riemen

Kennisbank •

Keuzevrijheid lijkt de nieuwe mantra in pensioenland. Als deelnemers nou maar genoeg mogen kiezen, blijft het benodigde draagvlak voor de tweede pijler intact.

De opinie van Gerard Riemen

Maar de werkelijkheid ligt genuanceerder, complexer én weerbarstiger, blijkt
uit de woorden van Gerard Riemen, directeur van de Pensioenfederatie. “De mens is moeilijk te doorgronden. Dat maakt het lastig.”

‘Keuzevrijheid niet ten koste van collectiviteit en risicodeling’

Ruim twee jaar geleden publiceerde D66 met trots de uitkomsten van een opiniepeiling. Het volk wil wat de partij immer had geroepen: keuzevrijheid bij pensioenen. Denk bijvoorbeeld aan de premie-inleg, uitkeringen (ineens, begrensd, levenslang), aard van de beleggingen, enzovoorts. En aan de keuze aller keuzes: wil ik überhaupt wel deelnemen in een pensioenfonds? Bovendien wilde een ruime meerderheid van de ondervraagden een eigen potje binnen een pensioenfonds. Daardoor kregen deelnemers meer inzicht in het opgebouwde bedrag en meer te zeggen over hoe dat wordt belegd en uitgekeerd.


In die periode deed de Pensioenfederatie een deelnemersonderzoek. Dat bevestigde inderdaad de wens om meer keuzes. Maar dat wil niet zeggen dat ze er gebruik van maken, zo nuanceert Gerard Riemen. “Uit onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) blijkt dat mensen heel graag solidair met elkaar willen zijn. Tegelijkertijd zien we in de samenleving een individualiseringstrend en de wens naar meer keuzevrijheid. Mensen willen niet dat voor hen wordt beslist. Maar als ze vervolgens zelf moeten kiezen uit diverse mogelijkheden, vinden ze dat onprettig. Neem vijf verschillende zorgverzekeringen die hetzelfde kosten maar waarvan het pakket varieert. Dat vinden mensen héél moeilijk. Keuzestress, weglopen voor keuzes krijg je dan.”

Lees het hele artikel verder onder Download.

Download



Over de auteur

Paul Jurriëns

Journalist en schrijft al vele jaren voor De Actuaris.