Echter, om verschillende redenen zijn er elementen in Solvency II geïntroduceerd waarvan je het marktwaardegehalte kan betwisten.Het bekendste voorbeeld is misschien wel de Ultimate Forward Rate in de rentecurve. Daarmee is de behoefte ontstaan om te komen tot een balans die dichter tegen een marktwaarde aan ligt, een zogeheten economische balans. Het definiëren van een methode om deze economische balans te bepalen is echter niet eenvoudig, en de methode en parameters kunnen in de tijd veranderen.
De economische balans is niet alleen een academische discussie. Er zijn verschillende redenen waarom dit ook voor verzekeraars relevant is. De eerste reden is dat je de economische balans als bestuurder van een verzekeraar zelf graag wil weten. Het kan immers zijn dat de solvabiliteitspositie nu nog goed is, maar dat dat alleen door de kenmerken van Solvency II komt, of dat de lange termijn trend negatief is waardoor je op termijn in de problemen komt. Een economische benadering kijkt ook naar deze toekomstige ontwikkelingen, en geeft daarmee waardevol inzicht in welke portefeuilles een hoge waarde hebben. De tweede reden is dat DNB van verzekeraars met langlopende verplichtingen vraagt om in het kapitaalbeleid rekening te houden met de economische waarde van de verplichtingen. Ten derde kan er een boekhoudkundige reden zijn om te willen weten wat de marktwaarde van verplichtingen zijn vanuit IFRS 3 (bij een eventuele overname) en straks IFRS 17. Ook bij de invoering van IFRS 17 is een fair value nodig van de huidige verzekeringsverplichtingen.